Messiasbelijdende Joden in Nederland

Een minderheid binnen een minderheid

Vanaf de eerste Pinksterdag, waarop de Heilige Geest werd uitgestort, tot op de huidige dag zijn er Joodse volgelingen van Jezus de Messias geweest. Ze stonden bekend onder verschillende namen, zoals Nazareners, gedoopte Joden, christen­joden, Joodse of Hebreeuwse christenen, Jesjoea Hammasjiach belijdende Joden of simpelweg Messiasbelijdende Joden. De laatste twee benamingen zijn ontstaan in een tijd, waarin zij veelal het christendom beschouwden als een religie die radicaal met haar Joodse wortels had gebroken en die sterk door het Griekse denken en antisemitisme was beïnvloed. Daarom vermeed men bewust de benaming ‘chris­tenen’. Maar welke periode van de kerkgeschiedenis men ook bestudeert, altijd komt men Joodse gelovigen tegen. Vaak waren het enkelingen die Jezus als Messias volgden. Men kan dan ook op hen de woorden van Paulus toepassen (HSV 1 Cor. 1:26): “niet veel wijzen naar het vlees, niet veel machtigen, niet veel aanzien­lijken.”


Het exacte aantal Messiasbelijdende Joden in Nederland is (evenals het totale aantal Joden alhier) niet bekend. Volgens het laatst gehouden demografische onderzoek naar de Joden in Nederland in 2010 zouden er ongeveer 52.600 Joden in Nederland zijn (inclusief zij met alleen een Joodse vader). Een eerder gehouden onderzoek berekende dat 1 à 2 % van de Nederlandse Joden lid zijn van een christelijk kerk­genootschap. Dat zou inhouden dat er tussen de vijfhonderd en duizend Joodse christenen in Nederland zijn. Maar dit is een schatting en niet meer dan dat.

Wel staat vast dat de Joden in Nederland een hele kleine minderheid vormen (hooguit 0,3 procent van de totale bevolking) en daarbinnen vormen de Messias­belijdende Joden ook weer een kleine minderheid.

Wie is Jood?

Wil je het aantal Joden in Nederland berekenen, dan moet je eerst bepalen van welke definitie je uitgaat. Volgens de rabbijnse halacha (Joodse wet) is iemand Joods, wanneer hij of zij een kind is van Joodse ouders of wanneer hij of zij op officiële wijze tot het orthodoxe Jodendom is overgegaan. Bij gemengde huwelijken worden alleen de kinderen van een Joodse moeder als Jood beschouwd. Zo kan bij­voorbeeld iemand Cohen met zijn achternaam heten, maar toch door de rabbijnen niet als Jood erkend worden, omdat zijn moeder niet Joods is. De basis voor deze opvatting vormt de Babylonische Talmoed, waarin wordt gesteld: “Uw zoon bij een Israëlitische vrouw wordt uw zoon, maar uw zoon bij een heidense vrouw wordt niet uw zoon genoemd.”

Iemand uit een gemengd huwelijk met een niet-joodse moeder dient dus eerst een officiële bekeringsprocedure te ondergaan alvorens hij door het opperrabbinaat als Jood geaccepteerd wordt. En wanneer er iets tijdens die procedure heeft plaats­gevonden dat niet volgens de officiële regels was, maakt dat de hele bekering ongeldig. Bekeerlingen die bij een Liberaal Joodse Gemeente Joods zijn geworden, worden door de orthodoxe Joden niet als Jood erkend, omdat de procedure om Joods te worden anders is dan bij de orthodoxe Joden. In het verleden is eens een scholier gedwongen om van het Maimonidescollege, een Joodse middelbare school in Amster­dam, af te gaan, toen men er achter was gekomen dat zijn moeder bij een liberale rabbijn was uitgekomen (tot het Jodendom was over gegaan). Ondanks dat zijn vader en grootvader op hetzelfde Maimonides hadden gezeten, werd hij niet als Jood beschouwd.


Anders dan volgens de opvattingen van de Nazi’s tijdens de Tweede Wereldoorlog kent het rabbijnse Jodendom dus geen “halfjoden” of “kwartjoden”. Men is of Jood of men is het niet. Deze definitie van Jood-zijn is eeuwen lang zonder problemen toegepast.

Maar na de Holocaust en de stichting van de staat Israël is dat veranderd. Er zijn tijdens de Tweede Wereldoorlog immers mensen om hun Jood-zijn naar de concentratiekampen gedeporteerd en daar vermoord, die halachisch gezien geen Jood waren. Het is ondermeer om deze reden dat de staat Israël bij de toelating van Joden een andere en ruimere definitie hanteert dan de orthodoxe rabbijnen. Een persoon met één Joodse grootouder kan in principe het Israëlische staats­burger­schap verwerven.


Het is ook om die reden dat jongere leden van Hadderech, de vereniging van Messiasbelijdende Joden (sommigen met alleen een Joodse vader), mee konden gaan met de propagandareizen, die de Israëlische regering aanbiedt aan Joodse jongeren in Nederland om hen warm te maken voor het maken van alija (emigratie naar Israëli).

Wie is Messiasbelijdend Jood?

Het is eveneens moeilijk om te bepalen wie wel of niet Messiasbelijdend Joods is. Want kun je alle Joden die lid zijn van een christelijke denominatie Messiasbelij­dende Joden noemen? Er zijn mensen van Joodse komaf die geen enkele band meer ervaren met het Joodse volk, maar wel tot een christelijke kerk behoren. Ze beschouwen zich om die reden primair als christen en niet als Messiasbelijdende Jood. Een voorbeeld is bijvoorbeeld de Rooms-katholieke minister van justitie Hirsch Ballin. Bovendien hoeft het lidmaatschap van een kerk (zeker vandaag de dag) niet synoniem te zijn met belijdend christen te zijn.

Het ligt voor de hand om slechts hen tot de Messiasbelijdende Joden te rekenen die uit overtuiging christen zijn én zich daarnaast bewust van hun Joodse achter­grond. Mijn inschatting is dat tot deze groep relatief weinig halachische Joden behoren (minder dan vijfhonderd mensen), maar als je van de Israëlische definitie uitgaat (minimaal een Joodse grootouder) dat deze groep aanmerkelijk groter is.

Divers

Messiasbelijdende Joden in Nederland zijn weinig in aantal en daarnaast vormen zij een zeer diverse geheel. In dit opzicht lijken zij op de andere Joden in Nederland.

Dat komt tot uiting in de wijze waarop ze hun Joodse identiteit gestalte geven. Enkele gezinnen laten hun zonen besnijden en eten koosjer, een groter aantal onthoudt zich alleen van het eten van varkensvlees en garnalen. Voor velen is Jodendom vooral iets cultureels: het luisteren naar Joodse muziek en het lezen van boeken en zien van films met Joodse thema’s. Wat wel allen gemeenschappelijk hebben is een grote verbondenheid met de staat Israël.


Ook de christelijke identiteit is divers. Sommigen zijn lid van een Messiaanse gemeente, een meerderheid is lid van een kerk, de ouderen van de traditionele kerken (PKN, Christelijk Gereformeerd en Vrijgemaakt), de jongeren veelal evangelisch. Daarnaast zijn er ook zij die nergens bij zijn aangesloten.

Groeperingen

Je kunt de Messiasbelijdende Joden in minimaal vijf groepen indelen:


1) De oudste nog bestaande organisatie in Nederland is Hadderech, de Nederlandse Vereniging van Jesjoea Hammasjiach belijdende Joden, die al meer dan tachtig jaar bestaat. Het is geen kerkgenootschap, maar een vereniging en haar leden komen uit nagenoeg alle protestantse denominaties, van PKN tot het Leger des Heils. Je kunt lid worden als je minimaal één Joodse grootouder hebt.

De vroegere voorzitter mevrouw Marjorie Eberle-Gotlib, die jarenlang een stem­pel heeft gedrukt op de vereniging, was sterk beïnvloed door het gedachtegoed van enerzijds Kohlbrugge (waar het de genade betreft) en anderzijds van Johannes de Heer (waar het de eschatologie betreft).

Hoewel de vereniging sterk vergrijsd is (de kern bestond uit mensen die tijdens de onderduik in de Tweede Wereldoorlog met het christelijk geloof in aanraking waren gekomen), vindt er de laatste paar jaar weer een verjonging plaats, doordat jongeren zich er bij aansluiten.


Men legt geen nadruk op het navolgen van Joodse gebruiken. In het verleden zijn meerdere leden van Hadderech weer tot het orthodoxe Jodendom teruggegaan en men beseft goed welk een aantrekkingskracht het orthodoxe Jodendom kan uitoefenen. Hoogtepunt van het verenigingsleven is het jaarlijkse paaskamp, waar op zaterdagavond de seider (het Joodse paasfeest) wordt gevierd en zondagochtend een paasdienst wordt gehouden, waarin predikanten en voorgangers van buitenaf voorgaan.

Opmerkelijk is evenwel dat de Haggada (liturgie voor de seider) die men gebruikt tijdens de seider de meest Joodse is van alle joods-christelijke haggadot. Veel leden kennen nog de melodieën van vroeger.

Hadderech heeft een eigen website: www.hadderech.nl


Daarnaast zijn er een aantal Messiasbelijdende gemeenten en groepen, die je weer in twee groeperingen kunt onderverdelen:


2) Het bekendste is wel de gemeente Beth Yeshu’a in Amsterdam met haar voor­ganger rabbijn Drs. Lion S. Erwteman. (Zie de website www.beth-yeshua.nl).


3) De andere en veelal kleinere groepen zijn aangesloten bij het Messiaans Platform (www.messiaansplatform.nl). Hier maken zo’n dertien gemeenten en huisgroepen deel van uit (waaronder enkele afsplitsingen van Beth Yeshu’a). Er zijn ook nog groepen en gemeenten die niet bij het Messiaans Platform zijn aangesloten. Echter gaat het hier vooral om christenen van niet-joodse komaf, die zich verbonden weten met het (al dan niet Messiaanse) Jodendom. Het aantal Messiasbelijdende Joden dat hier deel van uitmaakt is heel klein of bij sommige groepen zelfs afwezig.


4) De vierde groep vormen de talloze naamloze Joodse christenen die binnen een kerk of gemeente functioneren, zonder veel contacten met Joods-christelijke organisaties. Ook hoe groot deze groep is valt niet na te gaan.


5) De kleinste groep vormen die mensen die je crypto-christenen zou kunnen noemen binnen de synagoge. Binnen de orthodox Joodse gemeenschap en de liberaal joodse gemeenten zijn er gelovigen, die Jezus volgen. Zij willen niet dat dat bekend wordt, om problemen binnen hun familie en gemeenschap te vermijden.


Hebben de Messiasbelijdende Joden in Nederland toekomst? Hun lot is verbonden met die van de Joodse gemeenschap in Nederland. Als de Joodse gemeenschap in Nederland blijft bestaan, zal er ook toekomst zijn voor die Joden die Jezus als Messias volgen.

dr. Pieter Siebesma
Vrede over Israël jrg. 57 nr. 3 (juni 2013)
www.kerkenisrael.nl/vrede-over-israel

vrede-over-israel