Haat en liefde in Israël


Het wel en wee van de Israëlische politiek is bepaald geen speerpunt van het Centrum voor Israëlstudies. En daar zijn goede redenen voor. Als theoloog leef je echter niet in een vacuüm. Er is een ding dat afgelopen jaar heel duidelijk werd: het Joodse volk is tot op het bot verdeeld.


Een messiaanse pastor uit Jeruzalem deed een treffende uitspraak: ‘Het is maar goed dat we als Israëli’s gezamenlijke vijanden hebben. Was dat niet het geval geweest, dan zou er allang een burgeroorlog zijn uitgebroken.’ Stevige taal voor een vredelievende voorganger. Ook niet direct een volzin die je aantreft in een kleurige Israël-reisgids. Ondertussen zetten nieuwsberichten en persoonlijke ervaringen steeds weer een dikke streep onder zijn bewering. Twee voorbeelden.

Vuilniszak

Tijdens de verkiezingscampagne in september treffen flyerende aanhangers van regeringspartij Likoed en oppositiepartij Blauw-Wit elkaar op de markt in Jeruzalem. De spontane ontmoeting loopt uit de hand: de groepen gaan met elkaar op de vuist.

Voor de duidelijkheid: de ideologische verschillen tussen beide partijen zijn niet eens zo heel groot. Met een goed gesprek had er al heel wat overeen­stemming bereikt kunnen worden. Positief punt: politiek leeft in Israël.

Een ander heikel punt: de sabbatsrust. Tegen het einde van de sabbat breng ik een vriendje van onze oudste zoon naar huis. De jongen woont aan de andere kant van de stad; ik ben daarom gedwongen om de auto te gebruiken. Op de terugweg gaan de auto’s voor me opeens vol in de remmen. Wat blijkt: de weg (een van de belangrijkste verkeersaders van Jeruzalem) ligt bezaaid met open­gebarsten vuilniszakken. Op de stoep staat een groepje ultraorthodoxe mannen. Ze kijken grimmig; vuisten gaan omhoog. Jong grut sleept ondertussen nieuwe ‘munitie’ aan. Slalommend slaag ik erin om de afvalzakken te ontwijken en de rit te vervolgen.

Verklaring

Is Israël niet het land van de kibboetsen waar men gezamenlijk de schouders eronder zet? Hoe is deze agressie - een uiting van diepe verdeeldheid - te verklaren?

Een paar redenen. De afgelopen jaren is het in Israël relatief rustig. Hoewel er stevige veiligheidsrisico’s bestaan (Iran, Hezbollah, Gaza-strook etc.), wordt het dagelijkse leven er nauwelijks door getekend. Dit veiligheidsvacuüm biedt ruimte om interne meningsverschillen voor het voetlicht te halen en uit te vechten. Meningsverschillen ook tussen verschillende generaties (de bouwers en de levensgenieters).

Een andere katalysator van onenigheid is de grote en groeiende kloof tussen religieus en seculier Israël. Veel seculiere Joden hebben steeds minder begrip voor de uitzonderingsposities van (ultra)-orthodoxe Joden. Andersom zie je steeds weer bewuste pogingen van strengreligieuze Joden om seculiere uitingen de kop in te drukken en de publieke ruimte te ‘reformeren’.

Ten slotte is er sprake van grote sociale ongelijkheid, niet alleen tussen Jood en Arabier, maar ook tussen Joden (en Arabieren) onderling. De economie groeit al vele jaren met jaloersmakende cijfers. Lang niet iedereen profiteert daar echter van. Bovendien nemen de kosten voor het gewone levensonderhoud toe. Dit veroorzaakt wrevel en leidt tot verschillende (politieke) stellingnames.

Aansporing

Israël is tot op het bot verdeeld. Desondanks geldt: ‘Ai ziet, hoe goed, hoe lief’lijk is’t, dat zonen van hetzelfde huis, als broeders, samenwonen’ en ‘Waar liefde woont, gebiedt de Heer de zegen’ (Ps. 133:1 en 3, ber.) Van deze uiterst wenselijke en zegenrijke eensgezindheid is nog weinig te zien. Voor nu beschouw ik deze frasen dan ook vooral als een stevige aansporing en een uiting van hoopvol verlangen. Daarom ook: bid voor de vrede van Jeruzalem!


En toen werd politiek toch weer theologie…

drs. Albert Groothedde
Verbonden jrg. 63 nr. 4 (nov. 2019)
www.kerkenisrael.nl/verbonden

verbonden