De synagoge van Elburg

Geschiedenis

De oudste melding van Joden in Elburg dateert uit 1685. Pas na 1717 wordt in de resolutieboeken van de stad melding gemaakt van toestemming aan Joden om er zich ‘ter woon te mogen nedersetten’, maar dan wel op voorwaarde dat ‘zij de burgers geen overlast bezorgden’. Men moet daarbij weten dat in Gelderland de beslissing tot toelating van Joden tot een stad uitsluitend bij het stadsbestuur berustte.


De Joden in Elburg waren Asjkenazische of Hoogduitse Joden, afkomstig uit Oost-Europa of de Duitse gebieden. Ze spraken Jiddisj.


In de 18e eeuw kwamen meer Joden in Elburg wonen. Ze vonden rust in Elburg zonder angst te hebben voor uitzetting. Bovendien behoefden de joodse bewoners in Elburg geen extra belasting te betalen, zoals elders vaak het geval was. Het in de 18de eeuw toenemende aantal Joden in Elburg kwam in huisdiensten bijeen. Zeker is dat er in 1754 al een kehilla, een gemeente, bestond.


Rond 1800, als er ongeveer 55 Joden in Elburg wonen, beginnen ze serieus uit te zien naar een synagoge. Voor die tijd kwam men in een huiskamer bijeen, een huissynagoge. In 1854 schonken de joodse gebroeders Wolff hun pakhuizen en de daarbij behorende grond aan de Joodse Gemeente. Deze werd tot synagoge omgebouwd en op 19 januari 1855 door opperrabbijn Jakob Lehman ingewijd. De plek van de synagoge was voor het stadsbestuur heel acceptabel. De synagoge stond (net als in veel andere steden) niet opvallend in beeld, maar in een steeg achter de hoofdstraat. Aan de hoofdstraat, de Jufferenstraat, staat wel het opvallende neoclassicistische pootje dat toegang verschafte aan de synagoge. Boven dit poortje is een ovale steen ingemetseld met een Hebreeuwse tekst: ‘Wij wandelen in gezelschap ten huize Gods’ (Psalm 55:15).


Het interieur van de nieuwe gebedsruimte werd overgenomen van de gemeente in Arnhem, die toen een nieuwe sjoel liet bouwen.

De Heilige Ark, waarin de Tora-rollen worden opgeborgen, is een fraai kunstwerk. Momenteel is de Heilige Ark uit Elburg in gebruik bij de synagoge van Winterswijk.


In 1870 is het ledenaantal van de synagoge het grootst. Dan wonen er ca. 120 Joden in Elburg. De neergang in de 19de en in het begin van de 20ste eeuw werd veroorzaakt door vertrek naar de grote stad, waar meestal gemakkelijker werk te vinden was. In de jaren 30 van de vorige eeuw is de Joodse gemeenschap zo verzwakt, dat ze niet meer het vereiste aantal van 10 mannen (minjan) kan opbrengen om een gebedsdienst te kunnen houden.


In 1942, tijdens de Tweede Wereldoorlog, wonen er nog 26 Joden in Elburg, waarvan er 16 op transport gesteld worden. De holocaust betekent het einde van de Elburgse kehille. In 1947 wordt de joodse gemeente van Elburg formeel ontbonden en enkele jaren later wordt de synagoge het eigendom van de gemeente Elburg. Daarmee is dan een eind gekomen aan het joodse leven in Elburg.

Nieuwe plannen

Sinds 2003 zijn er plannen tot ontwikkeling gekomen om de voormalige synagoge onder de naam ‘Sjoel Elburg’ als permanente expositieruimte in te richten. Deze plannen gaan in 2007 vaste vorm aannemen. Er is een Stichting Synagoge Elburg opgericht die de geschiedenis van de Joden in Elburg én de Mediene wil gaan vertellen aan de hand van verhalen over het (on)gewone dagelijks leven van mensen uit een kleine joodse gemeente binnen een kleine niet-joodse gemeenschap. De relatie tussen verleden, heden en toekomst staat daarbij centraal. Daarbij zal gebruik worden gemaakt van de monumentale synagoge die nog steeds intact is. Als de plannen eind 2007, begin 2008 gerealiseerd zullen zijn, komen we daarop zeker nog een keer terug.



In het nummer van ‘Vrede over Israël’ is dit het tweede hoofddeel van één artikel; het eerste deel gaat meer in het algemeen over ‘de Synagoge’.


Zie ook de website www.sjoelelburg.nl.

C.J. van den Boogert
Vrede over Israël jrg. 51 nr. 2 (apr. 2007)
www.kerkenisrael.nl/vrede-over-israel

vrede-over-israel